- Ontdekking van thee
- Medicinale thee
- De eerste theetuinen
- De monniken en thee
- Het bekendste theeboek
- De Theepaardenroute
- Overzeese theehandel
- Europa’s groeiende interesse in thee
- Thee naar Europa
- De liefde van Engeland voor thee
- Belasting thee
- Thee en Engeland
- Theezakjes commercieel doel
- Theemachine
- Toekomst van thee
Geschiedenis van thee
Geschiedenis thee.
Naast water is thee de meest gedronken drank ter wereld. Thee kent een interessante geschiedenis. Wist je dat de Nederlanders hier een belangrijke rol in hebben gespeeld?
Ontdekking van thee
2737 Voor Christus (BC)
Er zijn vele verhalen geschreven over de oorsprong van thee en er bestaan meerdere legendes. De allereerste verwijzingen die gaan over thee zijn afkomstig uit China. Een van de meest aannemelijke verhalen is dat thee ontdekt werd door de Chinese keizer Shen Nung, ruim 2700 jaar voor Christus (2737 voor Christus om precies te zijn).
Deze Shen Nung was een kruidenkenner, geleerde en beschermheer van de kunsten. Hij geloofde erin dat het drinken van gekookt water zou kunnen bijdragen aan een goede gezondheid. Zijn personeel en onderdanen moesten, alvorens ze het water mochten drinken, het eerst koken.
Tijdens een mooie zomerdag was de keizer met zijn gevolg op pad. Ze stoptte om wat te drinken. Het water dat ze zouden drinken werd zoals gebruikelijk gekookt. Volgens de legende viel in het water dat voor de keizer gekookt werd een gedroogd blaadje van de theeplant. De heerlijke geur verspreidde zich en de keizer vond het heerlijk smaken omdat het zowel aromatisch en erg verfrissend was. Het eerste kopje thee was geboren.
Medicinale thee
221 voor christus
Lang voor China’s eenwording, - onder Keizer Qin Shihuangdi - in 221 voor Christus, werd thee vanuit medicinaal oogpunt gedronken.
De eerste theetuinen
De eerste oogstbare theetuinen waren in het Zuid-Westen van China, wat vandaag de dag Yunnan en Sichuan is.
De monniken en thee
Tegen 420 na Christus
Bekend is dat Boeddhistische monniken uit China al tegen het jaar 420 na Christus tijdens het mediteren theeblaadjes gebruikten om zo geconcentreerd te blijven. Ze verbouwden theeplanten en verwerkten deze in hun eten.
Het bekendste theeboek
760 na Christus
Een tweede belangrijke naam in de geschiedenis van thee is Lu Yu, eveneens een kruidengeleerde. Hij schreef in 760 na Christus het eerste theeboek. Onder andere de volgende onderwerpen komen aan bod in dit boek; een verslag over de theeplant, hoe deze plant groeit, hoe je deze verbouwt, hoe je het oogst, hoe je er thee van zet, hoe je het bewaard, wat de gezondheidsvoordelen van dit drankje zijn. Kortom een heel complete beschrijving. Het boek heet, heel erg verrassend - de Cha Ching (of Cha Ting, Cha jing, allemaal namen voor hetzelfde en vertaalverschillen tussen Westers en Chinees schrift). Cha betekent thee en Ching betekent boek, het thee boek dus. Dit naslagwerk wordt gezien als de bijbel van thee. In het Engels wordt het The book of Tea genoemd. Van Lu Yu is ook de bekende uitspraak:
“In the end it is for the mouth to decide” - oftewel lekker is heel persoonlijk.
De Theepaardenroute
Theepaardenroute werd aangelegd om de theeproducerende gebieden in Yunnan te verbinden met de theeconsumerende gebieden in Tibet en China.
Overzeese theehandel
16e eeuw na christus
Voor Chinese handelaren was het illegaal om overzeese handel te drijven in het begin van de 16e eeuw. Dit schreef de Ming-wet voor. In het Zuiden was er veel handel, zo ook veel handelsactiviteit rond de haven van Tamãh. Bijvoorbeeld de handel die de Portugezen hadden opgezet in de buurt van het huidige Hong Kong (rond 1513). Toen uiteindelijk (1557) het handeldrijven vanuit de haven van A-Ma-Gau (tegenwoordig Macao) legaal werd werden er ook in Xiamen en Fuzhou handelsposten gebouwd. De echte theehandel kon beginnen.
Europa’s groeiende interesse in thee
Europas interesse in thee begon te groeien. Mede dankzij Giovanni Battista Ramusio’s beschrijvingen over China waarin de eerste vermeldingen werden gedaan over thee uit dat land.
De eerste vermelding van thee in de Westerse literatuur dateert uit 1559. In het boek ‘Navigationne et Viaggi’ – van Giovanni Battista Ramusio - stonden diverse reisverhalen van handelaren en reizigers. In een van deze verhalen lees je het verslag van een Perzische koopman. Tijdens een bezoek aan China heeft hij de Chiai Catai leren kennen; een drankje bereid door bladeren in water te koken.
Een stukje uit deze beschrijving in het boek van Giovanni Battista Ramusio van deze Perschische koopman:
“Ze nemen van het kruid - droog of vers - en koken het goed in water. Een of twee kopjes van dit afkooksel op een lege maag haalt koorts, hoofdpijn, buikpijn, zijpijn of pijn in de gewrichten weg. Het moet zo heet mogelijk genuttigd worden als je maar aan kan. Daarnaast is het goed voor allerlei kwalen. Ook als je teveel gegeten hebt en je neemt wat van dit afkooksel is het zo verteerd.”
Thee naar Europa
De Portugezen waren de eerste die thee naar huis stuurde. Maar het zijn uiteindelijk de Nederlanders en de Britten die het populair maakten en verantwoordelijk waren voor de grootte verspreiding van thee naar het westen. Eerst voor de rijken daarna voor iedereen.
Wanneer de Nederlandse handelaren voor het eerst, in 1596, op Java aankomen treffen ze een weelderige handel aan in de haven van Banten. Voornamelijk Chinese goederen die waren ingevoerd vanuit Fujian waren aantrekkelijk. De VOC (Verenigde Oostindische Compagnie) werd opgericht om de Nederlandse belangen te behartigen in de regio. De basis voor een winstgevende intercontinentale theehandel was gelegd. De eerste export naar Nederland – van de VOC) kwam via Xiamen (voorheen Amoy genoemd) en ging via het regionale hoofdkantoor op Java.
Nederlanders gebruikten het woord te (thee dus) voor het product dat ze exporteerde. Dit kwam doordat het Chinese woord dat de mensen uit zuidelijk Fujian en Taiwan – de toenmalige Nederlandse kolonie Formosa – het woord te gebruikten. De VOC was de belangrijkste Europese onderneming die thee handelde in de 17 en 18e eeuw. Een geschiedenis dat je letterlijk terug kan zien in het aantal Westerse/Europese landen dat een variant gebruikt van het woord te, inclusief het Engelse woord tea.
De schaarsheid van de VOC geïmporteerde thee - in de eerste helft van de 17e eeuw -betekende dat alleen de rijksten van de Nederlandse samenleving thee konden veroorloven om het te drinken. Leuk weetje; omdat het alleen door de rijken gedronken werd bouwden ze daar soms in hun tuinen speciale theehuisjes/theekoepels voor. Deze zie je bijvoorbeeld langs de Vecht in Nederland nog steeds.
Pas aan het einde van de 17e eeuw werd er door de VOC steeds vaker grotere hoeveelheden theesoorten naar Nederland verscheept en werd thee door steeds meer Nederlanders gedronken. Pas in de 18e eeuw werd het theedrinken een gemeengoed in Nederland. Het werd een sociale activiteit.
De liefde van Engeland voor thee
Fransen en Duitse elites waren sceptisch over de import terwijl bij de Engelse de liefde voor thee begon op te bloeien. De keizer verleende eindelijk aan de East Indian Company EIC – toestemming om een winkel op te zetten op Formosa (waar de Nederlanders waren verdreven). EIC schepen vaarden van daaruit naar Amoy en Canton - tegenwoordig Guangzhou - om thee, zijde en porselein te kopen in ruil voor Brits textiel. De EIC creerde uiteindelijk ook een handelspost in Canton. Van daaruit ging de theehandel als een speer in de 19e eeuw. Inmiddels werd er in Engeland ook al veel thee gedronken, net als in Nederland.
De Engelse hadden een Portugese prinses (Catherina van Braganza) die 1663 Portugal verliet om met koning Charles II te trouwen. Ze nam een bruidsschat mee waaronder losse theebladeren uit China. Thee drinken kenden de Engelse al maar dankzij haar werd het populair en integreerde het tot een sociaal ritueel onder de elite en later ook onder de gewone Engelse mensen.
Belasting thee
Thee werd steeds populairder in Engeland. De koning heft een belasting van 119% op thee. (1676)
Thee en Engeland
In de vroege 19e eeuw verloor de EIC zijn monopolie in de theehandel. Ze begonnen theehandel op te zetten vanuit India en Ceylon (het huidige Sri Lanka). Rond 1830 werden Chinese theeproducenten gezocht om de EIC te helpen met thee te verbouwen in Assam (in de Brahmaputra vallei). In 1838 werd een kleine oogst uit Assam naar Londen gestuurd voor keuring.
In 1860 opende het Suezkanaal. Het vervoer vanuit thee producerende landen naar Europa en Noord Amerika werd daardoor economisch een stuk aantrekkelijker.
Daarna keek de EIC ook richting het westen naar Darjeeling en naar het zuiden Ceylon voor extra theeproductie. Dit zijn uiteindelijk enkele van de meest herkenbare theesmaken. Begin 20e eeuw werden deze Zuid-Aziatische thee variaties onderdeel van de Britse theecultuur.
Theezakjes commercieel doel
In 1920 worden theezakjes ontwikkeld voor commerciële doeleinden.
Theemachine
In 1872 wordt de eerste door stoom aangedreven rolmachines in Assam gebruikt en reduceren de tijd en kosten van theeproductie.
In 1957 wordt de machine met roterende bladeren uitgevonden. De theeproductie gaat daardoor een stuk efficiënter.
Toekomst van thee
Thee wordt steeds populairder. De gezondheidsvoordelen van thee spelen een belangrijke factor in deze groei. En dat is precies waarom de Chinezen ooit begonnen zijn met het drinken van thee duizenden jaren geleden. En ook waarom mensen over de hele wereld toegang zochten tot dit wonderdrankje. Een prachtig product, dat in de natuur groeit. Iets wat met liefde omarmt mag worden.